Hoe keren we het tij van overgewicht en obesitas in Nederland?

Door Nina van den Dungen van BNR Beter [1].

Een nieuw jaar betekent nieuwe kansen, en voor veel Nederlanders is het hét moment om hun leven kritisch onder de loep te nemen: wat gaat goed, en wat kan beter? Een harde realiteit is dat de helft van de Nederlanders te zwaar is, een aantal dat alleen maar toeneemt. Dit leidt niet alleen tot serieuze gezondheidsproblemen, maar ook tot torenhoge zorgkosten.

Ozempic kan Nederland tientallen miljarden besparen

In een aflevering van BNR Beter spreekt Nina van den Dungen met dr. Edo Aarts, obesitasspecialist bij Overgewicht Nederland, en Liesbeth van Rossum, internist en hoogleraar obesitas aan het Erasmus MC. Samen bespreken zij de oorzaken van overgewicht, de rol van de omgeving, en de nieuwste behandelmogelijkheden zoals Ozempic. Maar boven alles benadrukken zij het belang van preventie en structurele veranderingen in onze leefstijl en omgeving.

Belangrijke inzichten:

  • Overgewicht is complex: Het wordt beïnvloed door genetische aanleg, medicijngebruik, psychologische factoren en een ongezonde leefomgeving.
  • Buikvet als risicofactor: Niet alleen je gewicht, maar vooral buikomvang is een belangrijke indicator voor gezondheidsrisico’s.
  • Nieuwe behandelopties zoals Ozempic: Hoewel veelbelovend, werken deze middelen alleen in combinatie met een gezondere leefstijl.
  • De sleutel ligt in preventie: Zowel de overheid, zorgverleners als het bedrijfsleven hebben een verantwoordelijkheid om een gezondere omgeving te creëren.

Luister de podcast of lees het volledige transcript hieronder en ontdek hoe we samen de obesitasepidemie kunnen bestrijden.

Transcript: Ozempic kan Nederland tientallen miljarden besparen

00:00:31:04 – 00:00:57:16 – Nina van den Dungen: Op naar betere gezondheidszorg. BNR Nieuwsradio presenteert BNR Beter met Nina van den Dungen. Fijn dat je luistert naar BNR Beter. Een nieuw jaar, nieuwe kansen, en dit is vaak hét moment voor veel Nederlanders om het eigen leven eens kritisch onder de loep te nemen. Wat gaat er goed en wat wil ik veranderen als het even kan? Om dan maar even qua gezondheid de harde feiten te noemen: de helft van de Nederlanders is te zwaar en dat aantal loopt alleen maar op, blijkt uit onderzoek van het RIVM. Dat dit leidt tot steeds grotere gezondheidsproblemen en dus ook weer tot verdere groei van de zorgkosten, is iets waar we maar liever niet over nadenken. De vraag is: hoe keren we het tij? Daar ga ik over praten met Edo Aarts, obesitasspecialist bij de Allurion Kliniek.

00:00:57:18 – 00:01:18:19 – Nina van den Dungen: Welkom, Edo!

00:01:18:19 – 00:01:19:23 – Dokter Edo Aarts: Een hele goedemiddag.

00:01:21:05 – 00:01:28:20 – Nina van den Dungen: En Liesbeth van Rossum is er ook, internist in het Erasmus MC in Rotterdam, hoogleraar obesitas en voorzitter van het Partnerschap Overgewicht Nederland. Welkom, Liesbeth!

00:01:28:24 – 00:01:30:05 – Liesbeth van Rossum: Goedemiddag.

00:01:30:07 – 00:01:41:06 – Nina van den Dungen: Liesbeth, om met jou te beginnen. Eigenlijk weet iedereen het wel: we gaan een beetje Amerika achterna qua overgewicht. We zijn te zwaar en steeds meer mensen worden te zwaar. Maar goed, we lijken er eigenlijk niks aan te doen. Het probleem wordt steeds groter. Waarom doen we niks?

00:01:45:00 – 00:02:10:04 – Liesbeth van Rossum: Als we kijken, zijn er ontzettend veel oorzaken. Er zijn maatschappelijke oorzaken: de hele leefomgeving is ongezond ingericht, waarbij we ongezond eten en te weinig bewegen. Maar er zijn ook allerlei andere stoffen in onze omgeving die dikmakend kunnen werken. Tegelijkertijd zijn er heel veel individuele oorzaken naast ongezonde leefstijl, zoals medicijngebruik waardoor je makkelijker in gewicht aankomt, of allerlei andere redenen, psychisch en sociaal. Het is ook ingewikkeld; op maatschappelijk vlak moet van alles gebeuren en op individueel vlak. Dat laatste doen we best wel oké. Voor jezelf kun je nagaan waardoor je obesitas hebt via checkoorzakenovergewicht.nl.

00:02:10:04 – 00:02:25:20 – Nina van den Dungen: Oh, dat is een site waar je dat kan checken.

00:02:25:22 – 00:02:27:13 – Liesbeth van Rossum: Klopt, daar kun je de individuele oorzaken nagaan en kijken aan welke knoppen je kunt draaien. Maar dat doet voor de epidemie nog onvoldoende en dat is echt voor het individu. Als we kijken, is de overheid echt aan zet om te zorgen dat we voorkomen dat nog meer mensen overgewicht ontwikkelen. Dat is meer maatregelen zoals supermarkten gezonder maken en dat soort dingen.

00:02:32:24 – 00:02:46:18 – Nina van den Dungen: Dingen waar we wel vaak over horen, van een suikertaks tot het goedkoper maken van groente. Edo, waar denk jij dat het probleem zit? Waarom keren we het tij maar niet?

00:02:55:23 – 00:03:13:17 – Dokter Edo Aarts: Er is op dit moment, in mijn opinie, sprake van een perfecte storm. Alles komt bij elkaar. We zijn in heel veel jaren ontwikkeld tot wat we zijn en op dit moment zijn er gewoon heel veel mogelijkheden om te zwaar te worden. Een aantal dingen worden al genoemd door Liesbeth; dat zijn er meerdere. Maar ik denk dat we ons met z’n allen moeten realiseren dat ons lichaam zoals we het hebben gekregen, niet gemaakt is voor de maatschappij waar we nu in leven.

00:03:13:21 – 00:03:21:08 – Nina van den Dungen: Hoe bedoel je?

00:03:21:10 – 00:03:32:02 – Dokter Edo Aarts: Eigenlijk heel simpel. Vroeger was het gebruikelijk om veel minder vaak te eten; bijvoorbeeld hebben we een hele grote maag aan overgehouden. Alleen die hebben we tegenwoordig met de voeding die we eten niet echt meer nodig.

00:03:32:04 – 00:03:40:23 – Nina van den Dungen: Ja, oké. Dus dat is echt zo gegroeid dat we nu in deze leefstijl zitten waar veel mensen in zitten die eigenlijk in basis ongezond is voor ons lichaam.

00:03:41:01 – 00:03:53:22 – Dokter Edo Aarts: Ja, de moderne ontwikkeling van de afgelopen zeg maar 200 jaar heeft gemaakt dat we allemaal vrij makkelijk aan voeding kunnen komen en steeds minder hoeven te bewegen. Daarbij komen ook nog een hele hoop andere factoren kijken die dus allemaal op dit moment samenkomen.

00:03:54:00 – 00:03:56:18 – Nina van den Dungen: Wanneer ben je te zwaar?

00:03:56:18 – 00:04:14:10 – Dokter Edo Aarts: Dat is een goede vraag. Dat is voor iedereen heel verschillend, maar je hebt eigenlijk een aantal maten die wij als doktoren aanhouden. De meeste mensen kennen wel de BMI, de verhouding tussen je gewicht en je lengte. Maar eigenlijk nauwkeuriger is de omvang van je middel; eigenlijk het schadelijke vet bevindt zich met name daar.

00:04:14:10 – 00:04:23:12 – Nina van den Dungen: Buikvet. Oké, dus daar moet je gewoon een centimeter pakken. En bij welke aantal geeft die dan aan dat dit te zwaar is?

00:04:23:13 – 00:04:29:24 – Dokter Edo Aarts: Te zwaar, neem even een vrouw als voorbeeld, is bijvoorbeeld 88 centimeter. Als je daar boven zit…

00:04:30:00 – 00:04:31:06 – Nina van den Dungen: Je lengte maakt dan niet uit?

00:04:31:08 – 00:04:33:18 – Dokter Edo Aarts: Je lengte maakt dan eigenlijk minder uit.

00:04:33:20 – 00:04:54:16 – Liesbeth van Rossum: Dat klopt. En bij mannen is het 102 centimeter en hoger. Obesitas wordt… Mensen denken vaak dat het gaat om de kilo’s of een cosmetisch probleem. Maar het gaat inderdaad, zoals gezegd, om de hoeveelheid buikvet. Omdat bij echt obesitas dat te veel is en dan raakt het als het ware chronisch ontstoken. Allerlei hormonen die in dat buikvet worden gemaakt—want buikvet is gewoon een orgaan dat ziek kan worden, net als een hart en een lever ziek kan worden—bij obesitas is dat ziek. Het communiceert niet meer goed met je hersenen. Normaal gesproken worden onder andere hormonen gemaakt die je eetlust remmen en je verbranding aanzetten, maar die doen het niet meer goed. Dus er verandert van alles in je lichaam. Ook die ontstekingsstofjes zorgen voor ruim 200 andere ziektes zoals hart- en vaatziekten, kanker, depressie, astma, noem maar op. Dus het is echt heel belangrijk; het is ook een poortziekte voor een heleboel andere ziektes.

00:04:54:24 – 00:05:03:00 – Nina van den Dungen: Oké, dus het is serieus gevaarlijk voor jezelf en dus ook voor de maatschappij. De algehele volksgezondheid is een probleem. Wat kost dit de maatschappij? Zijn daar cijfers over?

00:05:03:00 – 00:05:10:11 – Liesbeth van Rossum: Ja, dat heeft de Universiteit van Maastricht onderzoek naar gedaan. En zo’n 79 miljard euro kost dat de maatschappij per jaar.

00:05:10:11 – 00:05:12:06 – Nina van den Dungen: Nederland?

00:05:12:10 – 00:05:18:24 – Liesbeth van Rossum: Klopt. En dat is niet alleen zorgkosten; dat is voor een groot deel ook sociale kosten zoals schulden en verminderde arbeidsparticipatie.

00:05:19:00 – 00:05:21:06 – Nina van den Dungen: Ja, gewoon ziekmeldingen.

00:05:21:08 – 00:05:28:20 – Liesbeth van Rossum: Ja, dat is ook voor een deel… Het is zo’n 11.500 euro per persoon per jaar wat het de maatschappij kost.

00:05:28:20 – 00:05:30:15 – Nina van den Dungen: Hebben we het dan alleen over obesitas of ook overgewicht?

00:05:30:15 – 00:05:34:05 – Liesbeth van Rossum: Ook overgewicht en obesitas bij elkaar; dat is op die manier onderzocht.

00:05:34:05 – 00:05:41:16 – Nina van den Dungen: Dus als je als vrouw meer dan 88 centimeter buikomvang hebt en als man meer dan 102, dan werk je eigenlijk mee aan het in stand houden van die enorme kosten.

00:05:41:17 – 00:05:49:24 – Liesbeth van Rossum: Dan heb je het al over obesitas; mensen met overgewicht zitten daaronder. Maar het is echt een probleem.

00:05:50:00 – 00:05:54:10 – Nina van den Dungen: En hoe weet je dan, als je er net onder zit, wanneer je toch te zwaar bent? Dat is best een grijs gebied.

00:05:54:10 – 00:06:03:20 – Liesbeth van Rossum: Die buikomvang kun je voor jezelf ook wel zien. Als je merkt dat je broek niet meer past en die buik gaat groeien, dan is dat echt het moment dat je denkt: hier moet ik scherp op zijn. Omdat op een gegeven moment… We hebben zoveel volksziektes die het gevolg daarvan zijn, en wat we nu in de maatschappij aan het doen zijn, is massaal alle bijkomende ziektes behandelen, ook vanuit angst en depressie.

00:06:03:20 – 00:06:04:12 – Nina van den Dungen: Ja.

00:06:04:12 – 00:06:22:01 – Liesbeth van Rossum: Ik noemde het al: mensen die op zoek gaan naar het brein; enorme dingen in het leven voor heel veel mensen. En diabetes, maar ook kanker. Je ziet dat juist de vormen van kanker die obesitas-gerelateerd zijn, aan het toenemen zijn, juist bij jongvolwassenen. En we zijn in een heel laat stadium die pas aan het behandelen, en dan gaan we chemotherapie geven of we gaan dotteren voor hartziektes, terwijl als je veel eerder obesitas serieus neemt, dan kun je ontzettend veel effectiever zijn. Nog los van de preventie die natuurlijk ook moet gebeuren, want die hele leefomgeving moet gezonder.

00:06:22:03 – 00:06:28:08 – Nina van den Dungen: Een en al verleiding van vet en troep en suiker.

00:06:28:10 – 00:06:32:22 – Liesbeth van Rossum: En daar ligt echt een taak bij de overheid, want het bedrijfsleven doet er onvoldoende op.

00:06:32:24 – 00:06:44:01 – Nina van den Dungen: Edo, je hoort natuurlijk ook heel vaak het “eigen schuld dikke bult”-verhaal. Als je overgewicht hebt, dan kun je niet stoppen met eten; je doet het jezelf aan. In hoeverre is dat waar?

00:06:44:04 – 00:07:08:23 – Dokter Edo Aarts: Dat noemen we eigenlijk het overgewicht- of obesitasstigma, waar ik zelf echt ongelooflijk veel moeite mee heb. Als je ziet de duizenden patiënten die jaarlijks bij mij over de vloer komen, hoeveel ellende die over zichzelf uitgestort krijgen in negativiteit, mensen die ze nakijken als ze dan eindelijk de stap hebben genomen om daar iets aan te doen. Dat ze ook daar zelfs op afgerekend worden, dat is superzonde. Je vroeg net wanneer je moet beginnen met die behandeling. Deze groep heeft het gewoon superzwaar, want die beginnen echt, net zoals Liesbeth zegt, eigenlijk te laat. Zodra je bij jezelf merkt dat je wat zwaarder wordt en die buikomvang al toeneemt, en dat is niet iets wat we structureel meten bij onszelf, dan ben je eigenlijk al op het punt dat je er iets aan zou moeten doen. Dat zit gewoon nog niet in onze cultuur ingebakken.

00:07:08:24 – 00:07:13:11 – Nina van den Dungen: Nee.

00:07:13:12 – 00:07:33:00 – Dokter Edo Aarts: Het probleem is dat we aan alle kanten verleid worden. En daar kunnen wij met z’n tweeën of met z’n drieën vandaag een gooi naar doen. We kunnen een kleine druppel op een gloeiende plaat leggen, maar eigenlijk ligt het een beetje buiten ons domein. Wij gaan de wereld met z’n tweeën hier niet redden. Alleen we kunnen wel proberen, zeg maar, een paar partijen, met name de industrie en de overheid, er bewust van te maken dat het op deze manier niet goed gaat.

00:07:33:00 – 00:07:33:07 – Nina van den Dungen: Nee.

00:07:33:07 – 00:07:43:08 – Dokter Edo Aarts: Obesitas bedreigt echt onze gezondheidszorg, ons stelsel, ons systeem. Je hebt net de bedragen al gehoord; die zijn gewoon veel te hoog voor de toekomst om nog op te kunnen brengen. Dat gaat gewoon niet langer zo.

00:07:43:08 – 00:08:00:14 – Nina van den Dungen: Nee, oké, dus daar moet een rem op, dat is heel duidelijk. En iedereen weet dat wel. De vraag is alleen, zeker als je dan net een beetje aan die te zware kant zit, maar nog lang niet in het obesitasvlak. Ja, dan moet je de motivatie op kunnen brengen om dat te veranderen. Daar wil ik zometeen met jullie over praten hoe je die switch kan maken.

00:08:00:16 – 00:08:12:01 – Nina van den Dungen: Eerst even over de trendmiddelen van nu. We hebben het afgelopen jaar al hartstikke veel gehoord over het woord Ozempic. Je hebt er nog meer van. Hoe baanbrekend, Liesbeth, zijn dit soort middelen voor dit probleem?

00:08:12:03 – 00:08:18:05 – Liesbeth van Rossum: Het is natuurlijk wel een revolutie die gaande is. Tegelijkertijd wil ik ervoor waken dat dat altijd stap één is en een quick fix wordt gezien.

00:08:18:06 – 00:08:37:05 – Liesbeth van Rossum: We hebben in Nederland een nieuwe richtlijn met allemaal medische en paramedische beroepsorganisaties geschreven. Ik was er zelf voorzitter van. Stap één is te kijken wat de oorzaak is. Aan die knoppen draaien. Heb je bijvoorbeeld, en dat komt heel veel voor, medicijnen die gewichtverhogend zijn? Dan zou je die eerst omlaag moeten zetten. Dan ga je leefstijl inbouwen. We hebben uit het basispakket vergoed gecombineerde leefstijlinterventies, leefprogramma’s. Maar tegenwoordig zijn er ook twee online programma’s, dus die kun je heel goed inbouwen in je leven. En daarvan zien we dat bij de meerderheid van de mensen de kwaliteit van leven zeer fors omhoog gaat. Mensen worden gezonder, maar als je ernstig obesitas hebt, is het vaak nog niet genoeg.

00:08:37:05 – 00:08:38:17 – Nina van den Dungen: Dat is niet genoeg, toch?

00:08:38:18 – 00:08:41:09 – Liesbeth van Rossum: Nee, je komt niet van een BMI van veertig op een BMI van vijfentwintig.

00:08:41:09 – 00:08:46:23 – Nina van den Dungen: Met alle respect, want met diëten ga je het niet redden. Dan zou je zo’n operatie moeten hebben.

00:08:46:24 – 00:08:51:09 – Liesbeth van Rossum: Diëten staat niet in de richtlijn. Op dieet gaan suggereert een kuurtje en obesitas los je niet op met een kuurtje.

00:08:51:09 – 00:09:12:00 – Liesbeth van Rossum: Zo’n gecombineerde leefstijlinterventie gaat over een gezond voedingspatroon in z’n geheel, voldoende bewegen—haal het uit je dagelijkse beweging—ook over stress, ontspanning, sociale zaken. Dat gaat echt om coaching, een totaalplaatje. Maar als dat onvoldoende werkt, dan zegt de richtlijn: dan mag je obesitasmedicatie voorschrijven als ondersteuning.

00:09:12:02 – 00:09:29:08 – Liesbeth van Rossum: Daar zijn verschillende middelen. Het middel dat u noemde, dat zijn de bekende spuitjes die voor diabetes zijn, maar verschillende van die middelen zijn in hogere dosering beschikbaar voor obesitas. En er zijn ook tabletten die ook tegen die food cravings een beetje gaan en onder andere op de verbranding invloed uitoefenen. Die zijn ook vergoed in het basispakket, maar wel onder strikte voorwaarden dat je het combineert met een gezonde leefstijl.

00:09:29:10 – 00:09:40:18 – Nina van den Dungen: Ja, en dan krijg je het voorgeschreven. We hebben ook al gehoord dat middelen als Ozempic gewoon nu in het illegale circuit rondgaan van: ja, maar dit helpt je om lekker wat sneller af te vallen. Hoe werkt dit middel precies? Wat maakt dat je afvalt?

00:09:40:18 – 00:09:46:18 – Liesbeth van Rossum: Het is misschien goed om te omschrijven: wat maakt überhaupt dat we voedselkeuzes maken? Dat zijn verschillende systemen. Je hebt echt je biologische hongersysteem, en normaal als we eten, na 20 minuten gaan we verzadigingshormonen aanmaken. Eén daarvan is het GLP-1-hormoon. Dat is eigenlijk wat in die spuitjes zit.

00:09:46:24 – 00:09:49:13 – Nina van den Dungen: Je voelt je verzadigd met die injectie?

00:09:49:15 – 00:10:06:23 – Liesbeth van Rossum: Normaal gesproken geeft dat darmhormoon dat signaal in je hersenen goed af dat je verzadigd bent, dus je volle gevoel. Dat doet het niet meer goed. Iets wat die spuitjes doen, is dat ze het volle gevoel teruggeven. Maar het werkt ook ontstekingsremmend, want we zagen ook dat mensen meer ontstekingsstofjes hebben. Het werkt ook regulerend op je insuline- en suikerspiegel, maar ook remt het je food craving naar junkfood. We hebben ook nog een beloningssysteem in onze hersenen. Na een uitgebreide maaltijd past bijvoorbeeld die broccoli niet meer, of dat stuk vlees, maar wel dat toetje omdat je daar superlekker zit: suiker, vet. Dat is ook een soort ander systeem wat ons een lekker gevoel geeft. Daar werkt het ook op, dat je minder drang hebt naar dat snoepen. Via verschillende mechanismen werkt het.

00:10:06:24 – 00:10:12:22 – Nina van den Dungen: Maar dit is dan, Edo, eigenlijk iets waarvan half Nederland die dit nu ook waarschijnlijk hoort en die misschien iets te zwaar is, denkt van: ja, dit moet ik dus nu hebben voor het erger wordt.

00:10:12:24 – 00:10:18:22 – Nina van den Dungen: Ik wil niet pas dit soort middelen als ik al obees ben.

00:10:18:24 – 00:10:35:12 – Dokter Edo Aarts: Helemaal met je eens. En ik denk ook dat er een grijs gebied is waarin je heel lastig als behandelaar keuzes kunt maken omdat je niet alle informatie hebt. Je moet je voorstellen dat deze middelen in de media gepresenteerd zijn als een soort wondermiddel.

00:10:35:12 – 00:10:36:00 – Nina van den Dungen: Maar jij vindt dat niet?

00:10:36:04 – 00:10:53:12 – Dokter Edo Aarts: Nou, nee, deels. Je hebt altijd een stuk verandering in je leefstijl nodig. Dat gaat niet vanzelf. Je kunt niet zeggen: ik spuit even een paar maanden of een jaar dit soort medicijnen en daarna ben ik van het probleem af. Nee, het probleem op breinniveau blijft gewoon voor een heel groot deel bestaan. Dus die combinatie van het gebruiken van het medicijn met een leefstijltraject is een goede combinatie als je je daar volledig aan overgeeft.

00:10:53:12 – 00:10:55:06 – Nina van den Dungen: En wat eigenlijk als je op een beetje net als met diëten op het moment dat je je doel behaald denkt: klaar.

00:10:55:08 – 00:11:01:08 – Nina van den Dungen: Het hoeft nu niet meer. Totdat je een jaar later denkt: hé, ik krijg weer een buikje of ik heb weer een buikje.

00:11:01:10 – 00:11:18:06 – Dokter Edo Aarts: En daar gaan we eigenlijk met z’n allen de verkeerde kant op. Want als je dit wil doen slagen, dan moet er een ongelooflijk goed systeem staan dat ervoor zorgt dat die patiënt dat ook kan volhouden. Heel simpel: als je obesitas hebt, dan heb je gewoon een ziekte. En dat zegt de WHO al ruim tien jaar denk ik nu. Je hebt gewoon een ziekte en dat moet je serieus nemen. En ik denk dat daar het grote probleem in zit dat we met z’n allen nog steeds niet zien dat het een ziekte is.

00:11:18:10 – 00:11:18:24 – Nina van den Dungen: Nee.

00:11:18:24 – 00:11:31:10 – Dokter Edo Aarts: En daarom zitten er ook zo heel veel kanten aan van: ik los het wel even op met een dieet. Alsjeblieft, nogmaals, ga nooit diëten. Je moet echt structureel een paar dingen in je leven veranderen. Diëten zorgt er uiteindelijk alleen maar voor dat je zwaarder wordt. Dat weten we nu onderhand wel. Maar het gaat er wel om dat je op een bepaald moment in je leven een keuze zult moeten maken in: ik wil nu echt een aantal kleine dingen veranderen en die ga ik ook volhouden. Daar willen we jullie allemaal heel graag bij helpen als patiënt.

00:11:31:12 – 00:11:49:01 – Nina van den Dungen: Maar jij zegt dat we nu wel weten dat diëten niet werkt. Kijk, ik denk dat ook het gros van de mensen die overgewicht heeft zichzelf niet obees vindt. Misschien is diegene dat ook niet, maar is er alleen sprake van in meerdere of mindere mate overgewicht. Die groep lijkt me cruciaal om te zorgen dat het niet nog verder de mist in gaat. Want ik hoor nu dus dat dit je heel veel kan doen. Als je obees bent, dan kun je je melden, dan krijg je dingen vergoed, middelen, dan krijg je begeleiding. Wat doen we met die hele grote groep die wel al licht overgewicht heeft?

00:11:49:14 – 00:12:07:24 – Dokter Edo Aarts: Nou, dat is een gevaarlijke groep, want een deel daarvan zal doorgroeien naar de ziekte obesitas, denk ik. Daar zit misschien wel de grootste winst. Nou, ik denk trouwens dat de grootste winst nog zit in de mensen die nog geen overgewicht hebben. Die hebben waarschijnlijk het meeste baat bij het voorkomen van overgewicht en obesitas door juiste keuzes te maken. Maar die grijze groep, ja, die staat echt op een tweesprong. Of het blijft hetzelfde…

00:12:07:24 – 00:12:14:08 – Nina van den Dungen: Ja, of het gaat de verkeerde kant op. Maar die mogen dus niet die middelen om die verzadiging een beetje op te wekken. Hoe gaan we deze groep fixen?

00:12:14:10 – 00:12:21:17 – Dokter Edo Aarts: Voor dit moment is daar geen goede oplossing voor. Heel simpel, er zijn een aantal medicijnen vergoed en daar hebben we mee te doen en daar vallen deze mensen niet onder.

00:12:21:18 – 00:12:22:14 – Nina van den Dungen: In de obesitasgroep.

00:12:22:15 – 00:12:25:00 – Dokter Edo Aarts: Precies dat. Maar de wil van de mens is natuurlijk anders.

00:12:25:04 – 00:12:44:21 – Liesbeth van Rossum: Ik denk ook dat we in de zorg daar onder andere verantwoordelijkheid hebben. Als we continu… Een huisarts ziet één keer per jaar de meeste mensen vaak wel. Als je continu ook wel het belang van een gezonde leefstijl benoemt, juist bij die groep die nog niet te ver heen is, waarbij je dan zegt: goh, je komt hier nu voor knieklachten en dat je toch even bespreekbaar maakt dat gewicht aan het verhogen is, dat je gezonde leefstijl… We hebben een hele huisartsenpodcast voor patiënten gemaakt met allerlei soorten leefstijltips. Gewoon een gratis waar je heel uitgebreid kan horen wat je kan doen. Eten volgens de Schijf van Vijf—ja, in de supermarkt niet makkelijk, maar daar kun je gewoon het gratis appje van het Voedingscentrum downloaden “Kies Ik Gezond?” Veel producten scannen: is het gezond of niet? En hoe kun je nou aan de beweegnorm voldoen? Want de minderheid van de bevolking voldoet daaraan. Dan kun je preventief voor jezelf heel veel al doen.

00:12:44:21 – 00:12:50:06 – Nina van den Dungen: Het moet dan uit jezelf komen hoor ik ook jou zeggen. Er is geen begeleiding of oplossing voor die groep die nu in dat grijze gebied zit.

00:12:50:06 – 00:12:57:18 – Liesbeth van Rossum: Ik denk dat het ook vaak veel te laat herkend wordt, want we zien dat de mensen die in zo’n gecombineerde leefstijlinterventie terechtkomen, een gemiddelde BMI van 36 hebben.

00:12:57:18 – 00:13:19:01 – Liesbeth van Rossum: Dat heeft een RIVM-rapport laten zien. Voor wie is die bedoeld? Dat is eigenlijk vanaf BMI 25 met een bijkomende ziekte, bijvoorbeeld BMI 25 met hoge bloeddruk. Die mensen zien zichzelf niet als overgewicht hebbende; die hebben ook nog niet echt obesitas, maar die zitten wel… Eigenlijk hadden die juist de gecombineerde interventie ook kunnen gaan volgen. Huisartsen verwijzen onvoldoende door omdat het zo normaal is in de maatschappij dat iedereen dat heeft. Dus mensen zien het van zichzelf niet, maar hulpverleners ook onvoldoende. Dus ik denk dat we dat in de zorg moeten gaan oplossen. We kunnen wel het ’teachable moment’ gebruiken, want iemand komt al bij je voor die hoge bloeddruk of die knieklachten of allerlei andere dingen.

00:13:19:03 – 00:13:21:18 – Nina van den Dungen: Dan meteen even een lecture over…

00:13:21:19 – 00:13:33:24 – Liesbeth van Rossum: Nee, 30 seconden. Je kan het even bespreken, benoemen dat het belangrijk is. Sterker nog, als je het niet benoemt, dan benadruk je eigenlijk ergens ook dat het niet belangrijk is. En dat ene minuutje wat je aan het eind van het consult over hebt, dat moet je daar eigenlijk voor gebruiken.

00:13:34:08 – 00:13:44:07 – Nina van den Dungen: BNR Beter: Nederlanders worden steeds zwaarder. En dat heeft natuurlijk grote gevolgen voor de volksgezondheid en ook voor de zorgkosten. Hoe kunnen we dat tij keren? Dat bespreek ik met obesitasspecialisten Edo Aarts en Liesbeth van Rossum. Even over de rol van de zorgverzekeraars. Je hoort nu ook steeds meer het woord preventie vallen. Steeds meer verzekeraars claimen ook dat ze echt preventie heel belangrijk vinden. En kijk naar onze app en daar staan allemaal tips in. Doen ze genoeg, Edo?

00:13:44:09 – 00:14:01:07 – Dokter Edo Aarts: Ik weet niet helemaal of de rol van de zorgverzekeraar daar de enige rol is. De zorgverzekeraar heeft een rol, maar een zorgverzekeraar is verantwoordelijk voor zorg en dan kun je je afvragen of preventie daar geheel bij hoort. Ik denk dat dat een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van een aantal partijen die we net ook al genoemd hebben.

00:14:01:09 – 00:14:25:07 – Dokter Edo Aarts: Daar moet je echt eerder gaan kijken naar de industrie, daar afspraken in maken wat ook al een aantal keren goed geprobeerd is, niet in de laatste plaats door Liesbeth zelf. Maar ook naar de overheid. De periodes waarin de regering eigenlijk is, zijn eigenlijk te kort om dit soort dingen goed met elkaar af te spreken lijkt het wel, want er zijn al best wel een aantal initiatieven geweest om dat voor elkaar te boksen. Uiteindelijk is het toch lastig om dat goed met elkaar af te spreken. En als er dan afspraken zijn, met name het te controleren, wordt ook gedaan wat er afgesproken is.

00:14:25:07 – 00:14:28:15 – Nina van den Dungen: Ja, Liesbeth, hoe denk jij erover over de rol van de zorgverzekeraars hierin?

00:14:28:17 – 00:14:41:09 – Liesbeth van Rossum: Die komen pas aan bod als er echt zorg nodig is, namelijk als er echt obesitas is. Dan hebben we een richtlijn en daar is een deel van de zorg in vergoed, maar lang nog niet alles. Dus daar zijn echt nog stappen te maken. En inderdaad, aan die preventie kant, het voorkomen dat mensen overgewicht krijgen…

00:14:41:11 – 00:14:59:13 – Liesbeth van Rossum: Edo noemt het bedrijfsleven, maar ik weet ook dat heel sterk echt de overheid aan zet is. We hebben heel lang geprobeerd met het bedrijfsleven stappen te maken en dat is een snufje zout, een snufje suiker eraf, maar het is volkomen onvoldoende. Dus daar moeten gewoon wettelijke maatregelen op volgen om echt alle supermarkten te dwingen een gezonder aanbod aan te bieden.

00:14:59:15 – 00:15:14:11 – Nina van den Dungen: En als het aan jou ligt, zouden dan die middelen waar we het net over hadden, die dus niet voor de diabetespatiënten maar echt voor de obesitaspatiënten nu alleen beschikbaar zijn, zouden we die niet toch breder beschikbaar moeten maken voor mensen die in dat grijze gebied zitten en met overgewicht kampen, maar dat het nog niet zo erg is?

00:15:14:11 – 00:15:15:23 – Liesbeth van Rossum: Dat is een interessante discussie.

00:15:16:00 – 00:15:25:04 – Liesbeth van Rossum: Die is wereldwijd ook wel gaande, omdat in Amerika bijvoorbeeld één op de acht die middelen gebruikt. 40% heeft daar obesitas en dat is ons voorland. En daar is nu voor het eerst lijken de cijfers gedaald te zijn van obesitas.

00:15:25:04 – 00:15:25:24 – Nina van den Dungen: Dankzij die middelen?

00:15:26:00 – 00:15:32:24 – Liesbeth van Rossum: Ja, één op de acht gebruikt die middelen, dus er is een discussie over hoe dat komt. Misschien door die middelen, want dan krijg je minder trek in junkfood, minder mensen die eten kopen. Dus dat is die behandelkant. Ik denk niet dat we de obesitasepidemie moeten gaan behandelen met medicijnen. Ik denk wel dat het een belangrijk puzzelstukje is. Moet je het eerder inzetten?

00:15:33:00 – 00:15:38:05 – Liesbeth van Rossum: Daar zijn ook wel stemmen in Nederland. Er zijn een aantal mensen die zeggen: nou ja, dat zou je soms bijna in het kraanwater moeten stoppen om te voorkomen dat mensen…

00:15:38:07 – 00:15:41:00 – Nina van den Dungen: Goed idee. Kan dat? Een klein snufje in het kraanwater?

00:15:41:03 – 00:15:46:14 – Liesbeth van Rossum: Ik denk dat we echt moeten zeggen dat we aan de voorkant andere dingen moeten doen om te voorkomen dat het ontstaat.

00:15:46:16 – 00:15:50:22 – Nina van den Dungen: En dan heb je het over suikertaks, over btw op groente en fruit, al die dingen.

00:15:50:24 – 00:15:53:18 – Liesbeth van Rossum: Maar ook het aanbod en ook…

00:15:53:18 – 00:15:58:04 – Nina van den Dungen: Maar dat gaat het kabinet niet doen. Die trekken er geen geld voor uit.

00:15:58:06 – 00:16:11:24 – Liesbeth van Rossum: Ik denk… Ik heb er ook een heel hard hoofd in. Tegelijkertijd is er wel een interessant voorstel gedaan door de Raad voor Volksgezondheid om te belonen als supermarkten een gezonder aanbod aanbieden en eigenlijk boetes uit te delen als ze ongezond zijn. Dat zijn ook weer nieuwe ideeën. Laten we echt kijken of daar nog een stap in te maken is, maar ik denk dat het inderdaad onvoldoende is, helaas, op dit moment.

00:16:12:00 – 00:16:20:01 – Nina van den Dungen: Dat is wel een treurige conclusie, ja. Even over die grote groep die best wel wat wil veranderen, maar die dat moeilijk vindt en die dus echt wel in staat is om zelf wat stappen te zetten, maar die incentive mist. Edo, hoe gaan we met die groep om? Wat moeten we doen?

00:16:20:03 – 00:16:35:12 – Dokter Edo Aarts: Ik ben misschien iets realistischer in de zin dat ik altijd een beetje kijk naar wat er nou werkelijk gebeurt. Heel simpel, je kunt tegenwoordig… We zijn op dit moment in Amsterdam. Een nummer bellen en dan heb ik over vijf minuten GLP-1-analogen; er komt een scooter voorrijden en ik krijg mijn medicijnen. Het grote probleem is dat ons ideaalbeeld nog steeds slank zijn is. Iedereen wil dat graag, of in ieder geval een hele grote groep. En als je dan te zwaar bent, dan ga je op zoek naar oplossingen. Ik denk dat we samen met de industrie dit soort middelen bijvoorbeeld heel goed moeten reguleren, veel beter dan nu. Want wat er nu gebeurt, is dat heel veel mensen het zonder begeleiding gewoon nemen.

00:16:35:12 – 00:16:38:03 – Nina van den Dungen: En dat is slecht, want ze nemen te veel, niet goed gedoseerd.

00:16:38:06 – 00:16:40:04 – Dokter Edo Aarts: Krijgen daar extra klachten van, bijwerkingen.

00:16:40:04 – 00:16:41:12 – Nina van den Dungen: Er zijn wel degelijk bijwerkingen.

00:16:41:15 – 00:16:45:07 – Dokter Edo Aarts: Al is dat in verhouding met het risico tot het hebben van obesitas relatief klein.

00:16:45:07 – 00:16:48:16 – Nina van den Dungen: Ja, het gaat vaak om misselijkheid, braken.

00:16:48:18 – 00:17:10:04 – Dokter Edo Aarts: Precies dat. Maar als je dat goed reguleert en goed begeleidt, dan gaat dat eigenlijk hartstikke goed. Dan zijn die klachten er eigenlijk heel erg weinig. Wie hebben dan ook klachten? Dat zijn mensen die inderdaad zonder begeleiding dat doen. Helaas is het zo dat we weinig grip hebben op wie het middel eigenlijk krijgt als dokters. Natuurlijk ben je zelf verantwoordelijk, maar we weten ook dat heel veel mensen het krijgen via artsen die eigenlijk weinig specialisatie hebben in obesitas, of in ieder geval ervoor zorgen dat patiënten het middel krijgen zonder begeleiding. En dat maakt het heel erg lastig. Daar moeten we gewoon scherper met elkaar op zijn. Er moeten ook afspraken over gemaakt worden met degenen die die middelen maken. Dat zijn er niet zo heel veel partijen. Dat zou toch eigenlijk moeten kunnen, zou je zeggen.

00:17:10:04 – 00:17:12:09 – Nina van den Dungen: Dus is begeleiden heel belangrijk, wellicht met die huisarts die Liesbeth al aanhaalde, die daar in elk geval veel meer bovenop zit op de leefstijl van mensen.

00:17:12:16 – 00:17:27:02 – Dokter Edo Aarts: Ik denk dat je nu in het begeleidingstraject, laten we heel eerlijk zijn, als patiënt moet voldoen aan een aantal voorwaarden. Moet je eerst een jaar lang heel hard je best doen. En dat is op zich heel erg goed om te kijken naar hoe mensen in het leven staan en een aantal dingen te corrigeren.

00:17:27:04 – 00:17:44:12 – Dokter Edo Aarts: Maar wat ik verwacht is dat voor bepaalde groepen dat eigenlijk naar voren geschoven gaat worden. Dat als je zegt: oké, dit is nu het moment om je tijd te pakken, we gaan je ongelooflijk goed begeleiden en daarbij ondersteunen we je bijvoorbeeld met dit soort middelen. We weten nog niet helemaal wat de toekomst gaat brengen, want er zijn natuurlijk nog een aantal middelen in ontwikkeling, maar dat is waarschijnlijk de trend die je gaat zien. Is dat wenselijk? Dat is een ander verhaal.

00:17:44:14 – 00:17:59:00 – Liesbeth van Rossum: Nou ja, dat is wel hoe het in de richtlijn staat, dus dat is wel wat wetenschappelijk gezien en door alle beroepsgroepen als wenselijk is gezien. Maar niet zomaar voor iedereen; dat geldt echt voor de mensen met heel ernstig obesitas. En je kan je voorstellen—want daar staat de richtlijn ook van—dan mag je het naar oordeel van de zorgverlener eerder in het traject inzetten.

00:17:59:00 – 00:17:59:24 – Nina van den Dungen: Wordt nog niet vergoed.

00:18:00:00 – 00:18:13:24 – Liesbeth van Rossum: Inderdaad is er een mismatch tussen vergoedingscriteria die in 2022 zijn vastgesteld en de nieuwe richtlijn die in 2023 uitkwam. Je kan je voorstellen, iemand met een heel ernstige obesitas tot BMI veertig en die heeft zoveel kniepijn dat die helemaal niet meer kan bewegen. Als je de eerste twintig kilo afvalt met medicatie, samen met het weer in beweging komen en gezond eten kan gaan faciliteren, dat die kniepijn verdwijnt en je uit diverse vicieuze cirkels komt. Je kan weer de trap nemen, je kan weer op de fiets naar je werk en je snacktrek verdwijnt. Want herinner je je, je snacktrek neemt toe als je obesitas hebt.

00:18:14:00 – 00:18:17:10 – Nina van den Dungen: Doordat je uiteindelijk die honger blijft voelen en je voelt je verzadigd is veel sterker.

00:18:17:12 – 00:18:35:05 – Liesbeth van Rossum: En als je dat combineert met de omgeving die dat ook stimuleert, dan heb je dubbel pech. Als je obesitas hebt, heb je sowieso een genetische aanleg dat je dat makkelijker krijgt. En dan heb je een dooreetfactor omdat die verzadigingshormonen het niet meer goed doen. En dan die omgeving. Dus dat is echt heel erg lastig om alleen maar te zeggen: nou, je moet gezonder eten. Als je dat combineert met chemische ondersteuning, dan heb je het echt over de ernstige groep. Bij de lichtere groep is die verstoring vaak ook minder en kun je ook nog veel meer met leefstijl bereiken. Dus het hangt ook echt af van de ernst van je obesitas wanneer je het moet inzetten, maar dat zou flexibeler moeten kunnen dan het nu is geregeld door de zorgverzekeraars.

00:18:35:05 – 00:18:53:07 – Nina van den Dungen: Ja, dus eigenlijk zeggen jullie wel: het zou goed zijn als meer mensen die al overgewicht hebben kunnen aankloppen bij de huisarts voor hulp. En of dat dan ook met middelen moet, dat is een tweede; hangt natuurlijk vanaf hoe ver je bent in dat proces. Maar op dit moment is het wel erg star, alleen geregeld voor de groep met obesitas.

00:18:53:08 – 00:18:56:00 – Dokter Edo Aarts: Het lijkt wel alsof er een ‘one size fits all’ is voor iedereen en dat is…

00:18:56:00 – 00:18:57:04 – Nina van den Dungen: Dat slaat gewoon helemaal nergens op.

00:18:57:06 – 00:19:14:02 – Dokter Edo Aarts: Iedereen is anders en elke patiënt is ook anders. We hebben het nu over behandeling met medicatie bijvoorbeeld. Dat is één mogelijkheid. En als je verder kijkt, mensen die echt flink te zwaar zijn—en daar verschillen wij wat van mening over—dan zou je ze eigenlijk bij wijze van spreken direct moeten opereren.

00:19:14:04 – 00:19:15:08 – Nina van den Dungen: Ja, met zo’n ballonnetje?

00:19:15:14 – 00:19:31:00 – Dokter Edo Aarts: Nou, dat is met een maagverkleining, dus echt met een operatie. De wereldrichtlijn voor de chirurgie zegt zelfs dat als je een BMI hebt van dertig en een ziekte zoals bijvoorbeeld die kniepijn, dat je dan moet overwegen. Dat wordt in Nederland niet vergoed; dat is weer iets anders. Maar laat ik zo zeggen: de oplossingen zijn legio en dat is voor elke patiënt gewoon heel anders. Je moet gewoon kijken naar elke patiënt individueel en dat kost tijd. En dat is lastig, want dat hebben we weinig in Nederland met z’n allen, zorgverleners. Want de groep die mensen behandelt is groot aan de ene kant, maar op specialistenniveau superklein. En dat maakt dat je echt goed met open ogen moet kijken naar elke patiënt.

00:19:31:00 – 00:19:44:06 – Nina van den Dungen: Bij wie ligt de bal nu, wat jullie betreft? Want ik heb al jullie gehoord: het is een samenspel van partijen. Bij wie ligt de bal als eerste om nu het tij te gaan keren?

00:19:44:08 – 00:19:59:01 – Liesbeth van Rossum: Ik denk dat het hier nog belangrijk is om de netwerkaanpak te noemen. Want ieder individu moet je kijken… Het kost tijd, dat hebben de zorgverleners vaak niet. Maar we zien dat heel vaak onderliggende oorzaken ook sociale problemen zijn, psychische problemen. En heel veel van de gezondheid wordt in het sociaal domein bepaald. Dus het toeleiden, het goed toeleiden—dus ook gemeentes zijn aan zet om laagdrempelig beweegaanbod te creëren, om te zorgen dat er ook goede psychische hulpverlening is, ook verslavingszorg, en dat die lijnen vanuit de zorg naar het sociaal domein veel beter worden. In Nederland hebben we de netwerkaanpak overgewicht van het Partnerschap Overgewicht Nederland, maar ook vanuit de ziekenhuizen wordt het steeds vaker toegepast. We behandelen allerlei ziektes, maar nu worden lijntjes gebouwd—dat heet een leefstijlzorgloket—waarbij je iemand kan toeleiden naar hulp in de buurt. Daarmee kun je ook veel beter de obesitas aanpakken en ook voorkomen dat het erger wordt. Dus daar is vanuit de zorg een deel aan zet, het bespreekbaar maken, en nogmaals nog steeds die overheid om te zorgen dat die omgeving gezonder wordt. Dus het is een combinatie.

00:19:59:03 – 00:20:04:00 – Nina van den Dungen: Die site die je aan het begin noemde, Liesbeth, waar je kan checken?

00:20:04:02 – 00:20:11:20 – Liesbeth van Rossum: Ja, checkoorzakenovergewicht.nl. Daar kun je alle oorzaken van leefstijl, sociaal, psychisch, maar ook medische oorzaken…

00:20:11:20 – 00:20:14:07 – Nina van den Dungen: Krijg je direct aanbevelingen wat jij kan doen voor jezelf om het tij te keren?

00:20:14:07 – 00:20:27:18 – Liesbeth van Rossum: Ja, je ziet waar het aan ligt en dat kun je met je huisarts of je andere behandelaar bespreken. Je kunt ook in de loop van de tijd aangeven met jezelf of bepaalde dingen beter gaan, qua beweging, qua leefstijl, qua medicatiegebruik, of er minder bijdragende factoren zijn waardoor je elke keer weer aankomt.

00:20:27:19 – 00:20:43:12 – Nina van den Dungen: Veel dank voor jullie komst. Liesbeth van Rossum, hoogleraar op het gebied van obesitas in het Erasmus MC, en Edo Aarts, obesitasspecialist bij de Allurion Kliniek. Dit was BNR Beter voor deze week.

[1] Dungen, N. van den (2025, 6 januari). Ozempic kan Nederland tientallen miljarden besparen. BNR Beter.

Overgewicht Nederland

25 waarheden over afvallen

Onder het thema ‘25 dagen, 25 waarheden over afvallen’ deelt Dr. Edo iedere dag de feiten over afvallen – en ontkracht hij alle fabels. 25 dagen lang de beste tips om serieus en effectief af te vallen.

Ook benieuwd? Bekijk dan nu de tip over afvalplateaus en waarom jij soms wel tot twee weken op hetzelfde gewicht blijft hangen!